Iedereen kent ongetwijfeld de Titanic, een van de be-roemdste schepen in de geschiedenis. Het was het langste beweegbare, door de mens gemaakte object van die dagen. Het was 269 meter lang en 28 meter breed. Het duurde drie jaar om het schip te bouwen. Maar liefst 14.000 mannen werkten om dit schip te maken. Het was gemaakt van staal en zou onzinkbaar zijn. Maar… het zonk binnen drie uur na zijn vertrek uit de haven.
Aan de andere kant was de Ark van Noach gemaakt van hout. Het was een houten schip. Maar het voer op het water dat 40 dagen en 40 nachten de hele aarde bedekte. Het is nooit gezonken of heeft enige schade opgelopen. Hoe komt dat? Omdat het de kracht van God is die het in stand hield. Dezelfde kracht van God die de ark van Noach ondersteunde, is altijd beschikbaar.
Wat je ook doormaakt, God zal je steunen.
Hij zal kracht geven om door te gaan.
Hij zal de vrede geven om te volharden.
Hij zal de hoop geven om te overwinnen.
Dus als je je vandaag zwak voelt, als je je overweldigd voelt,
als je het gevoel hebt dat je niet verder kunt…
Onthoud dit:
God zal ons steunen, Hij zal ons nooit verlaten.
In het evangelie volgens Mattheüs staat, dat Petrus en Andreas aan het vissen waren. Johannes en Jakobus waren samen met hun vader de netten aan het repareren. Andreas, Petrus, Jakobus en Johannes waren dus vissers.
Thomas, Natanaël en Filippus waren allemaal samen aan het vissen, toen Jezus aan hen verscheen na zijn opstanding. Dus Thomas, Natanaël en Filippus kunnen als vissers hebben gewerkt. Zo weten wij dat acht van de twaalf discipelen vissers waren.
Waarom koos Jezus veel vissers uit om zijn apostelen te zijn?
Omdat ze in alle situaties op God vertrouwen. Want ze waren mensen van hoop.
Een man nam zijn vrouw mee in een boot op zee. Plots stak er een storm op. De boot was klein en de vrouw was erg bang. Ze bad heel luid tot God. 'Red ons, God. Red ons!” Maar de man was heel kalm.
Ze riep tegen haar man: 'We zijn in gevaar. De storm wordt steeds erger. De golven van de zee worden steeds groter. De boot gaat zinken. We zullen verdrinken… Maar jij bent nog steeds kalm. Ben je niet bang? Waarom bid je dan niet tot God om ons te redden? Zo werd ze boos op haar man.
Plotseling haalde haar man een mes uit zijn zak en stak het naar haar uit. Maar ze was niet bang. De man zei tegen haar: “Ik heb een mes in mijn hand. Ik hield het bijna tegen je aan... maar toch, waarom ben je niet bang?
De vrouw zei: “Het is waar. Het mes is gevaarlijk. Maar het is in de hand van mijn man. Hij is mijn liefhebbende echtgenoot. Hij zal me nooit pijn doen. Dus ik ben geen bang. Ik ben veilig.” 'Je hebt helemaal gelijk', zei haar man tegen haar. 'Een mes is gevaarlijk, maar je man houdt het vast. Hij doet je geen pijn. Evenzo is de storm gevaarlijk. Maar het is in de hand van God. Hij is mijn liefhebbende Vader. Hij doet me nooit pijn. Dus ik ben niet bang.”
Dat is het vertrouwen waarmee vissers leven en werken.
Ze gaan naar de zee om vis te vangen. Soms krijgen ze geen vis. Toch vertrouwen ze op God. Soms komen ze met lege handen, hoewel ze de hele dag werken. Ze vertrouwen nog steeds op de voorzienigheid van God en gaan de volgende dag ook naar de zee om te vissen. Ze gaan naar de zee om vis te vangen, zelfs als het stormt.
Omdat ze vertrouwen op de bescherming van God. Zelfs als ze te maken krijgen met harde wind, vertrouwen ze op de kracht van God die de storm kan bedaren. Vertrouw op God, Hij zal ons nooit verlaten.
Pastor Babu